Toelichting die wordt verstrekt bij het samenlevingscontract en de testamenten. Deze wordt net als de akten getekend bij de notaris.
Als van één van de volgende situaties sprake is, is maatwerk nodig en volstaan het (Nu)Testament en (Nu)Samenlevingscontract niet:
- je bent jonger dan 18 jaar.
- Je beheerst de Nederlandse taal niet.
- je hebt een eigen bedrijf en wilt bijvoorbeeld een bedrijfsopvolgingsregeling treffen.
- je bent vermogend en hebt behoefte aan estateplanning.
- jullie hebben gehandicapte kinderen.
- jullie gezin is samengesteld (jullie kinderen hebben niet dezelfde biologische ouders).
- je bent eerder gescheiden en hebt kinderen uit dat eerdere huwelijk.
- jullie kinderen zijn niet erkend en dat gaat ook niet binnenkort gebeuren.
- jullie willen (één van) jullie kinderen onterven.
- De vragenmodule is door iemand anders ingevuld.
- Bij het passeren van de akte bij de notaris is hulp van derden nodig.
Deze toelichting gaat in op alle keuzes die online konden worden gemaakt en kan dus ook gaan over bepalingen die je niet terug ziet komen in het testament. Dit is immers afhankelijk van de keuzes die jullie hebben gemaakt.
(I) Toelichting op je (Nu)Testament
Herroeping
Heb je al een testament, dan vervalt dat testament met het ondertekenen van je (Nu)Testament. Ook oude codicillen vervallen. Dit geldt niet voor je donorcodicil, dat blijft geldig. Codicillen die je maakt nadat je (Nu)Testament is gepasseerd, zijn geldig.
Erfgenamen (kopje erfstellingen/legaten)
Bij NuNotariaat kies je ervoor om je partner en je kinderen te laten erven. Dit is veruit de meest gekozen testament-vorm en is in lijn met de wettelijke verdeling die nu alleen geldt voor gehuwden en geregistreerd partners. De kinderen krijgen een (geld)vordering op de langstlevende partner die zij pas kunnen opeisen als:
(i) als beide ouders er niet meer zijn;
(ii) bij faillissement van de langstlevende ouder of als deze in de schuldsanering terechtkomt;
(iii) als de langstlevende ouder hertrouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat waarbij er sprake is van gemeenschap van goederen of een verrekenbeding (in dat geval kan het namelijk zo zijn dat de erfenis van de kinderen (gedeeltelijk) bij de nieuwe partner van de langstlevende ouder terechtkomt);
(iv) als (en voor zover) het opeisen van de erfenis door de kinderen ervoor kan zorgen dat de langstlevende ouder recht krijgt of behoudt op uitkeringen of voorzieningen van de overheid (denk aan de AWBZ).
De vordering die de kinderen hebben op de langstlevende ouder is een vordering in geld. Kinderen kunnen dus in beginsel geen (familie)bezittingen/spullen opeisen. Het kan gebeuren dat de langstlevende ouder een nieuwe partner vindt die ook weer van hem of haar erft. In dat geval kunnen bepaalde familiebezittingen (na overlijden van de langstlevende ouder) bij de nieuwe partner terechtkomen. De langstlevende partner bepaalt dit.
In je (Nu)Testament is ook een alternatieve erfstelling opgenomen. Deze is van toepassing als je partner er bij je overlijden niet meer is en je ook geen echtgenoot, geregistreerd partner of (klein)kinderen achterlaat. In dat geval gaat bij je overlijden de ene helft van je erfenis naar je eigen familie en de andere helft naar de familie van je partner (mits je van je partner hebt geërfd).
Opvullegaat
Het opvullegaat biedt de langstlevende ouder de mogelijkheid om - nadat de eerste ouder is overleden - een keuze te maken hoe de erfenis moet worden verdeeld over zichzelf en de kinderen. Uitgangspunt is dat de langstlevende ouder en de kinderen allemaal een gelijk erfdeel krijgen. De kinderen kunnen in beginsel de erfenis pas opeisen nadat beide ouders zijn overleden.
De langstlevende ouder moet volgens de wet gelijk na het eerste overlijden belasting betalen over de erfenis van de kinderen als deze meer bedraagt dan de vrijstelling (thans 20.000 euro). Als de langstlevende ouder deze belasting niet wil of kan betalen, dan kan deze kiezen voor een andere verdeling. De langstlevende partner kan dan gebruik maken van het opvullegaat (vult daarmee zijn/haar eigen erfenis aan ten koste van de erfenis van de kinderen) zodat er per saldo minder of geen belasting over de erfdelen van de kinderen hoeft te worden betaald. Overlijdt vervolgens de langstlevende partner, dan kan via zijn of haar testament dat geld alsnog bij de kinderen terechtkomen. De kinderen kunnen dan nog een keer gebruik maken van de vrijstelling. In voorkomend geval kan met het opvullegaat dan ook niet alleen erfbelasting worden uitgesteld maar ook worden bespaard. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat de langstlevende partner ook andere personen dan de kinderen in zijn of haar testament tot erfgenaam kan benoemen.
Het opvullegaat is niet automatisch van toepassing. Uitvoering aan het opvullegaat wordt gegeven bij de aangifte van de erfbelasting. Na het eerste overlijden ontvangt de langstlevende ouder een aangifteformulier erfbelasting van de belastingdienst, daarop kan de verdeling worden aangegeven. Vaak wordt er voor gekozen om de kinderen alleen de vrijstelling te laten erven en de rest van de erfenis van de kinderen, onder te brengen in de vrijstelling van de ouder die nog leeft. Deze ouder heeft immers een vrijstelling van ruim 600.000 euro. Per saldo hoeft dan na het eerste overlijden geen erfbelasting te worden betaald. Als beide ouders zijn overleden, erven de kinderen wat er over is. Daarover betalen zij dan erfbelasting.
Het is van belang om te realiseren dat het toepassen van het opvullegaat impact heeft op de werking van de AWBZ-clausule. De kinderen kunnen op grond van de AWBZ-clausule (zie hiervoor, kopje erfgenamen onder (iv)) de erfenis van de eerst overleden ouder vervroegd opeisen als daarmee op zorgkosten wordt bespaard. Als de erfenis van de kinderen door toepassing van het opvullegaat is verminderd, dan is ook het bedrag dat zij op grond van de AWBZ-clausule kunnen opeisen, lager. Na het eerste overlijden kan de optimale verdeling van de erfenis over de partner en de kinderen worden vastgelegd door de langstlevende partner. Indien gewenst, kan altijd advies worden gevraagd bij een notaris of fiscalist.
Geen opvullegaat
Heb je niet gekozen voor het opvullegaat, dan betaalt de langstlevende ouder bij het eerste overlijden belasting over de erfdelen van de kinderen. De kinderen krijgen hun erfenis pas nadat beide ouders zijn overleden.
Legaat
In het NuTestament kan een legaat in de vorm van een geldbedrag worden nagelaten aan een goed doel. Het legaat wordt uitgekeerd aan het goede doel voordat de erfgenamen hun deel van de erfenis krijgen. Wel worden eventuele schulden uit de nalatenschap voldaan voordat een legaat wordt uitgekeerd. Denk er bij het legateren van geldbedragen ook over na of dat geld wel beschikbaar is bij overlijden. Zo nee, dan moeten de erfgenamen spullen gaan verkopen om geld ten behoeve van het legaat vrij te maken. Goede doelen die een legaat hebben gekregen moeten zelf eventueel verschuldigde erfbelasting voldoen. Heeft een goed doel een ANBI status, dan hoeft deze conform de huidige regelgeving geen erfbelasting af te dragen.
Uitsluiting koude kant (kopje uitsluitingsclausule)
Onder bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld als je kinderen in gemeenschap van goederen zijn getrouwd, kan het zijn dat je erfenis in die gemeenschap valt en dus de partner van je kind ook deelt in de erfenis. Door een uitsluitingsclausule in je testament op te nemen voorkom je dit en hoeft je kind de erfenis niet te delen met een ex-partner in het geval van echtscheiding.
Verrekening schenking (kopje vrijstelling van inbreng)
Je kunt bepalen dat als je een bedrag hebt geschonken aan je (klein)kinderen, deze schenking in mindering wordt gebracht op de erfenis van die (klein)kinderen. In de meeste gevallen wordt er voor gekozen de schenking niet te verrekenen, dit is ook conform de huidige wettelijke regeling. In je (Nu)Testament kun je daar van afwijken. Hou er wel rekening mee dat als in de schenkingspapieren al geregeld is of wel of geen verrekening plaatsvindt, je (Nu)Testament bepaalt dat die regeling altijd voorgaat.
Executeur
Een executeur kan uiteenlopende taken hebben. In je (Nu)Testament is de executeur degen die – kort gezegd – je begrafenis of crematie verzorgt en je nalatenschap afwikkelt. Sinds 2012 is de executeur ook verplicht de aangifte voor de erfbelasting te doen (en is deze aansprakelijk voor tekorten). Als je een partner hebt die alles erft, ligt het voor de hand hem/haar als executeur te benoemen. Voor het geval de aangewezen executeur zijn/haar taak niet wil of kan vervullen, benoem je een reserve-executeur. Als er geen reserve-executeur is aangewezen in je testament, dan zijn de kinderen (als de partner is overleden of de rol van executeur niet meer kan vervullen) gezamenlijk bevoegd de nalatenschap af te wikkelen.
De wettelijke beloning van de executeur is 1% van de waarde van het vermogen van de nalatenschap, die beloning wordt in je (Nu)Testament aangehouden.
Voorwaarde voor verkrijging door partner
In je (Nu)Testament wordt bepaald dat je partner alleen van je erft zolang jullie partners zijn. Jullie zijn geen partners meer van elkaar als:
(i) jullie niet langer op hetzelfde adres staan ingeschreven, of
(ii) jullie een eventuele samenlevingsovereenkomst hebben beëindigd, of
(iii) een van beiden heeft aangegeven (bij aangetekend schrijven) dat de samenleving is beëindigd, of
(iv) jullie blijkens een schriftelijke overeenkomst zijn overgegaan tot verdeling van alle gezamenlijke goederen, of
(v) Een van beiden met een ander is gehuwd of een geregistreerd partnerschap is aangegaan.
Mochten jullie later met elkaar willen trouwen of geregistreerd partnerschap aangaan, dan blijven jullie vanzelfsprekend wel van elkaar erven.
Voogdij
Als jij of je partner komt te overlijden dan gaat de voogdij van de (gezamenlijke biologische) kinderen automatisch over op de langstlevende ouder mits deze langstlevende ouder het gezag heeft. Komen jullie beiden te overlijden en hebben jullie minderjarige kinderen, dan kun je in je testament de voogdij over je kinderen regelen (jullie wijzen dus beiden dezelfde voogd aan). Een voogd is verantwoordelijk voor het opvoeden en verzorgen van jullie minderjarige kinderen en beheert ook het vermogen van jullie kinderen tot dat zij 18 jaar zijn. In je (Nu)Testament staat ook dat het jullie wens is dat:
(i) jullie minderjarige kinderen samen worden opgenomen en opgevoed in een gezin, en
(ii) dat een goede opvoeding, vorming en opleiding van de kinderen belangrijker is dan de instandhouding van het vermogen van de kinderen.
De door jullie aangewezen voogd is altijd gerechtigd de voogdij te weigeren.
Bewind
Als je ervoor hebt gekozen dat je kinderen na hun 18e nog niet aan de erfenis mogen komen, dan heb je in je (Nu)Testament een bewindvoerder aangewezen die het beheer over de erfenis van de kinderen krijgt. De bewindvoerder mag het bewind weigeren, maar moet dan wel een opvolger aanwijzen, tenzij jezelf een reserve-bewindvoerder in je NuTestament hebt aangewezen. Hoewel je kinderen tot een door jou aangegeven leeftijd niet aan de erfenis mogen komen, kan de bewindvoerder wel uitkeringen doen aan de kinderen in het kader van een opleiding of studie of om een woning te kunnen kopen. Ontstaat hierover een geschil tussen de kinderen en de bewindvoerder, dan beslist de kantonrechter. De bewindvoerder kan het bewind niet meer uitoefenen als deze:
(i) zelf failliet wordt verklaard, of
(ii) in de schuldsanering valt, of
(iii) er beslag wordt gelegd op tenminste de helft van zijn/haar vermogen, of
(iv) onder curatele wordt gesteld, of
(v) zijn/haar wil niet meer kan verklaren, of
(vi) door de kantonrechter wordt ontslagen.
Je hebt een leeftijd aangegeven waarop het bewind over de erfenis van de kinderen eindigt. Mocht het nu zo zijn dat je kind(eren) op dat moment in de schuldsanering zit(ten) of er sprake is van surseance van betaling of faillissement, dan blijft het bewind instand totdat van die situatie(s) geen sprake meer is. Overigens kan een meerderjarig kind (minimaal 5 jaar na het overlijden van de ouder) naar de rechter stappen en vragen het bewind te beëindigen. Of de rechter daarmee akkoord gaat zal afhangen van de specifieke situatie. De jaarlijkse wettelijke vergoeding van de bewindvoerder is 1% van het vermogen van de nalatenschap, die beloning wordt in je NuTestament aangehouden.
II Toelichting op je (Nu)Samenlevingscontract
Kosten gemeenschappelijke huishouding naar evenredigheid
In je (Nu)Samenlevingscontract bepaal je dat de kosten van de gemeenschappelijke huishouding worden gedragen naar evenredigheid van inkomen. Als inkomen tekortschiet om de kosten van de gemeenschappelijke huishouding te voldoen, dan wordt naar ieders vermogen gekeken en worden de kosten naar evenredigheid daarvan vergoed. Naar evenredigheid van inkomen houdt in dat als je partner bijvoorbeeld twee keer zoveel verdient als jijzelf, je partner in principe twee keer zoveel bij moet dragen aan de gemeenschappelijke huishouding. We hebben het dan over zaken als gezamenlijke vakanties, de huurprijs van de woning of hypotheekrente (overlijdensrisicopremies en aflossingen vallen er buiten). Dit geldt ook als jullie beiden voor de helft eigenaar van de woning zijn. Als en voor zover investeringen in de woning en aflossingen niet plaatsvinden naar rato van de eigendom van de woning ontstaat een renteloze vordering die pas opeisbaar wordt bij het einde van de samenwoning of verkoop van de woning.
Gemeenschappelijke goederen
Er wordt vanuit gegaan in het samenlevingscontract dat roerende zaken die gezamenlijk worden gebruikt en voor gezamenlijke rekening zijn verkregen, gemeenschappelijk (dus van jullie beiden) zijn. Wil je daarvan afwijken dan kun je een lijst maken van de goederen die niet van jullie beiden zijn en deze beiden ondertekenen en dateren. Wat van de gezamenlijke rekening wordt betaald, wordt aangemerkt als een gemeenschappelijk goed. Jullie hebben expliciet bepaald of de auto als gemeenschappelijk goed wordt aangemerkt of blijft staan op naam van degene op wiens naam het kenteken staat.
Beëindiging samenlevingscontract en afwikkeling
Je kunt allebei eenzijdig het samenlevingscontract beëindigen. Als één van beiden overlijdt of trouwt of geregistreerd partnerschap aangaat dan eindigt het samenlevingscontract automatisch.
Wordt het samenlevingscontract beëindigd zonder dat één van beiden is overleden, dan moet je elkaar de niet-gemeenschappelijke bezittingen teruggeven en de gemeenschappelijke goederen verdelen.
Huurwoning
Is één van beiden huurder van de woning waarin jullie wonen en de ander niet, dan moet degene die huurder is meewerken aan het verzoek om de ander als medehuurder aan te merken. Dit regel je contractueel met degene die de woning verhuurt. Ben je contractueel medehuurder, dan heb in principe (lees het huurcontract!) je dezelfde rechten als je partner die al huurde en kun je bijvoorbeeld bij het overlijden van je partner de woning blijven huren.
In de woning blijven wonen
Wil je in de woning blijven wonen na beëindiging van het samenlevingscontract zonder dat van overlijden sprake is, dan kan je daartoe een verzoek bij de kantonrechter indienen. Deze kan bepalen dat je nog maximaal 6 maanden in de woning mag blijven wonen. Als degene die de eigendom van de woning heeft, niet in de woning blijft wonen, dan kan de rechter bepalen dat een vergoeding moet worden betaald aan ander.
Partnerpensioen
Jullie hebben er al dan niet voor gekozen elkaar als partnerpensioengerechtigde aan te wijzen. Van belang is of jullie werkgevers daarin voorzien en welke overige voorwaarden daar eventueel aan zijn gebonden. Controleer de pensioenregeling hierop en neem contact op met je pensioenfonds als je besluit je partner aan te melden. Bij beëindiging van het samenlevingscontract doen jullie automatisch afstand van het recht op partnerpensioen van de ander.
------------
Verklaring
Wij verklaren dat we de toelichting hebben doorgenomen en de online vragen naar waarheid hebben beantwoord. Eventuele vragen die wij nog hadden, zijn beantwoord door de notaris. Alles is ons dan ook volkomen duidelijk. Ook weten we dat er wellicht nog meer kan worden geregeld in de akte.
Wij zijn ons ervan bewust dat een testament altijd kan worden gewijzigd door degene van wie het testament is, ook zonder medeweten van de andere partner. Als een van beide partners zonder medeweten van de andere partner het testament aanpast dan kan dat erin resulteren dat de andere partner niet in de woning kan blijven wonen of de spullen kan blijven gebruiken.
Wij zijn ons ervan bewust dat – voor zover wij al een testament hadden – dit eerdere testament niet is bekeken door de notaris en dat de regelingen die zijn opgenomen in dit eerdere testament komen te vervallen met het ondertekenen van het nieuwe testament.
Wij zijn ons ervan bewust dat we niet zijn geadviseerd over alle estateplannings-instrumenten en regelingen die (mogelijk nog beter) zouden kunnen passen bij onze vermogenspositie en situatie. Als wij daarover op maat advies van de notaris willen krijgen, dienen wij voor maatwerk te kiezen en de testamenten niet online via NuNotariaat te regelen.
Als onze situatie wijzigt, dan doen we er verstandig aan om advies te winnen of de akte(s) nog steeds passend zijn.
We ondertekenen dit document tegelijkertijd met het passeren van de akte(s).
--------------------------------------- -----------------------------------------